S&P in de media: "Uitstel bedrag ineens geeft tijd om over keuzebegeleiding na te denken"

Juli 2022

Interview met Florens Voogd van Montae & Partners in PensioenPro, door Djaja Ottenhof

De zes maanden uitstel van het bedrag ineens waren nodig om deelnemers op tijd te kunnen informeren. Uitvoerders gebruiken de extratijd ook om keuzebegeleiding te verbeteren.

Vanaf volgend jaar kunnen deelnemers 10% van hun opgebouwde pensioen kort na pensioendatum in een keer laten uitkeren. De invoering van dit bedrag ineens was
oorspronkelijk gepland voor 1 januari. Maar begin deze maand liet het ministerie van Sociale Zaken weten dat het een halfjaar later wordt.

Het uitstel was nodig omdat fondsen en uitvoerders anders deelnemers niet tijdig konden informeren, legt een woordvoerder van de Pensioenfederatie uit. ‘Fondsen
moeten de keuze wel goed kunnen voorleggen. In het concept-wetsvoorstel stond 1 januari 2023. Toen duurde het een tijd voor we de definitieve tekst hadden. Daarop hebben wij gezegd dat fondsen wel een halfjaar nodig hebben om te kijken wat het betekent voor deelnemers. Nu is er tijd om deelnemers goed te informeren.’

Late indiening

TKP had het proces voor de aanvraag van het pensioen al ingericht op de invoering van het bedrag ineens, vertelt Robin Bond, portefeuillehouder klantervaring bij deze
uitvoerder. Door de onduidelijkheid over de invoering had TKP het versturen van de brieven aan deelnemers een maand uitgesteld, tot vijf maanden voor pensioendatum.

Bond: ‘Wij waren klaar om dit te implementeren. Je wilt mensen alleen wel een halfjaar voor hun pensioendatum aanschrijven. Dat is de belangrijkste reden dat de invoering is uitgesteld.’

Bond voegt toe dat de late indiening van het wetsvoorstel ertoe leidt dat duizenden nieuwe gepensioneerden nu geen gebruik kunnen maken van het bedrag ineens,
terwijl dat volgens de oorspronkelijke planning wel had gekund.

Begeleiden

De extra zes maanden biedt uitvoerders die nog niet zo ver waren de tijd om goed te kijken hoe ze deelnemers gaan begeleiden, ziet consultant Florens Voogd van
Montae. ‘Het bedrag ineens is zo complex, het is bijna niet meer te bolwerken voor de gemiddelde deelnemer. Dit is nou een typisch voorbeeld waarbij begeleiding
cruciaal is. Wij zien nu de vraag op de agenda komen hoe die begeleiding eruit moet zien, en wie die het beste kan bieden.’

Volledig digitale keuzebegeleiding is een ‘slecht idee’, meent Voogd. ‘Dat weten we uit ervaringen in Scandinavië. Deelnemers verwachten tenminste dat ze een
adviseur kunnen bellen of daarmee een afspraak kunnen maken.’

Bruto en netto

Een belangrijk dilemma is volgens Voogd of fondsen het bruto bedrag noemen, of proberen inzicht te geven in wat deelnemers netto overhouden. Daar kan door
belastingen en eventueel verlaging van toeslagen een groot verschil tussen zitten. ‘Wij horen dat fondsen een bepaalde mate van angst hebben voor teleurstelling bij
deelnemers. Een deelnemer denkt meestal vanuit netto bedragen.’

Dat ziet ook Bond van TKP. Hij wijst erop dat het Nibud heeft laten zien dat er een grote bandbreedte zit in wat deelnemers netto overhouden. ‘Dat kan 37% van het
bruto bedrag zijn, maar ook 80%. Wij kiezen ervoor te communiceren wat je nu op je rekening krijgt, maar dat hoeft niet te zijn wat je overhoudt. Ik ben wel bang dat
daar een aantal gevallen uit kan komen, waarin dit heel vervelend uitpakt.’

Totaaloverzicht

Om goed advies te kunnen geven, moeten fondsen eigenlijk een totaalinzicht hebben in de financiën van deelnemers én in hun wensen, zegt Voogd. ‘Ook als er
52% belasting vanaf gaat, kan het bedrag ineens nog de moeite waard zijn. Dat hangt af van de behoeftes van deelnemers. De vraag is hoe ver je als fonds gaat. Ga je
vragen wat deelnemers met het geld willen doen, zoals een cruise maken — en of ze daar geen andere bronnen voor hebben, zoals spaargeld? En als je dat niet navraagt,
hoe geef je dan passende begeleiding?’

Vanaf 2023 moeten fondsen keuzebegeleiding aanbieden. De ontwikkelingen rond het bedrag ineens hebben de ontwikkelingen versneld, concludeert Voogd. ‘Het is niet genoeg om de deelnemer het zelf online te laten oplossen, dat besef dringt steeds meer door. Keuzebegeleiding is hoger op de bestuurlijke agenda gekomen, mede door de introductie van deze complexe keuze.’

Open bijlage